Christendom als anti-utopie
Christendom als anti-utopie
1 maart 2017 om 12:00
Vorig jaar was ‘t 500 jaar geleden dat Thomas More zijn beroemde Utopia schreef. In dit al snel wereldberoemde traktaat neemt de Engelse humanist de Engelse samenleving onder vuur vanwege corruptie en tirannie. In het tweede deel schetst hij zijn ideale samenleving, zonder privébezit en zonder overbodige luxe. Een soort socialisme avant la lettre.
Bij het woord ‘utopia’ denken wij aan het begin van de eenentwintigste eeuw aan een fictief gebied, afgesloten van de rest van de wereld. Een ideale wereld, waar geweld en onrecht zijn uitgebannen. Veel mensen hebben geprobeerd hun eigen utopia op te richten, van Karl Marx en Vladimir Lenin, van Francisco Franco en Benito Mussolini, van de Jezuïetenmissies in Zuid-Amerika tot bewoners van de kibboets in Israël.
U ziet het wel, goede en slechte mensen hebben utopieën. Helaas voor alle utopisten in heden en verleden hebben deze maatschappelijke droomprojecten de neiging om te ontaarden in dictatuur of anarchie, zoals de Nederlandse filosoof Hans Achterhuis uitvoerig heeft beschreven. Franco’s en Mussolini’s utopieën verdronken in bloedige onderdrukking van de eigen bevolking. En de utopie van de vrije markt, misschien wel de meest hardnekkige van alle waanwerkelijkheden, reduceert onze beschaving tot een oorlog van allen tegen allen, zoals Thomas Hobbes eeuwen geleden al vreesde.
Het christendom is eigenlijk een prachtige anti-utopie. Christenen geloven wel in een ideale wereld, maar zien die wereld vooral gerealiseerd aan het einde der tijden. Met andere woorden: de christelijke ideale wereld wordt door God gebouwd. Mensen kunnen hoogstens aan Gods plan bijdragen. Of het tegenwerken natuurlijk, wat we maar al te graag en met overtuiging doen.
Christenen zijn dan over het algemeen terecht huiverig als een medegelovige het Evangelie aan een concrete politieke stroming probeert te verbinden. Alsof Gods boodschap eenvoudig naar politiek vertaald zou kunnen worden. De Bevrijdingstheologie van de 20e eeuw was een van de grootste pogingen van die eeuw om een utopische samenleving op te bouwen aan de hand van Jezus’ boodschap. Dat project liep niet best af: veel verloren hun geloof überhaupt, of werden socialist of communist, terwijl de armen in Zuid-Amerika net zo arm bleven als ze al eeuwen waren geweest.
De boodschap van het Evangelie houdt ons voor dat we niet utopisch moeten denken, wel idealistisch. Uiteindelijk hangt het heil niet af van mensen, of van mensen alleen. Uiteindelijk komt de ware vrede van buiten, van Degene die tegenover ons zwoegen en zweten staat, en vaak genoeg naast ons staat om met ons mee te doen. Christenen die hun eigen geloof als utopisch zien, ontaarden vanzelf ook in anarchie of in dictatuur met kruistochten, brandstapels, kindermisbruik, ketterverbrandingen en antisemitisme als gevolg.
Het christendom is geen utopie. Het is louter hoop.
Frank Bosman is cultuurtheoloog