De draagkrachtige samenleving als nieuwe bezuinigingsterm?
De draagkrachtige samenleving als nieuwe bezuinigingsterm?
16 december 2024
‘…Eén op de zeven kinderen krijgt jeugdhulp en dat worden er straks nog meer. Dit moeten we niet meer willen. Er zijn niet genoeg zorgprofessionals en er is niet genoeg geld om dit systeem in stand te houden…’ Ik lees deze constatering in lokale ChristenUnie moties en in bijdragen van onze Tweede Kamer fractie. Vervolgens wordt een draagkrachtige samenleving gepresenteerd als de oplossing.
Beide constateringen zijn los van elkaar waar en een verband tussen beide is er misschien ook wel. Maar spannen we de samenleving zo niet voor ons karretje met als doel om de instroom in de zorg te verminderen? Als we het doel en het middel omdraaien, dan gaan we geheid de verkeerde dingen doen.
We kijken dan door een bezuinigingsbril naar de samenleving. Dit is niet nieuw, we deden dit eerder met pleidooien voor ‘zelfredzaamheid’, ‘eigen kracht’ en ‘normaliseren’. Deze goede concepten kregen een nare bijsmaak omdat ze synoniem werden met bezuinigen.
Voor dit instrumentele denken moeten we waken. Het is alsof we een bos willen beheren en daarbij alleen maar oog hebben voor het hout dat we eruit kunnen oogsten. Het verleidt ons tot technocratische oplossingen en ‘quick fixes’. Daarmee doen we geen recht aan dit complexe ecosysteem en wat het voor ons kan betekenen.
Wat nu als we die bezuinigingsbril eens afzetten? Wat als we eens door de samenlevingsbril naar de jeugdzorg kijken?
Als ik mag dromen van zo'n ‘draagkrachtige samenleving’, dan zie ik een gemeenschap voor me, waar de nadruk ligt op de verbindingen tussen mensen in plaats van op onze individuele prestaties. Een samenleving met meer marges waarop we kunnen terugvallen als het even tegenzit; de hedendaagse ‘randen van de akkers’ (Leviticus 19). Een samenleving waarin we verschillen tussen mensen niet meer als ongelukje zien, maar als veelkleurigheid die we keihard nodig hebben. Aan een samenleving waarin we het collectieve (zelf)vertrouwen hebben dat het gezinsleven geen perfectie vereist, geen ‘evidence based’ opvoeding, maar tijd, aandacht, liefde en intuïtie.
Als we zo'n samenleving als uitgangspunt nemen, stellen we ook andere vragen aan zorgverleners. We vragen dan niet meer om individuele zorginterventies maar om waardevolle relaties rondom mensen. Naar contexten waarbinnen meer mensen gedijen en naar (collectieve) interventies om deze contexten te versterken. Met gemeenten die coalities smeden in de sociale- en pedagogische basis, die kwetsbare gezinnen steun geven. En met hulpverleners die niet hun methodes centraal stellen, maar de (pedagogische) relatie. Pas als we de bezuinigingsbril afzetten, komt een echt draagkrachtige samenleving dichterbij.
Henk Wever is voorzitter van de kerngroep van het themanetwerk Jeugd & Gezin