Gun huurder corporatie die ook de buurt kent - opinie Trouw

Gun huurder corporatie die ook de buurt kent - opinie Trouw

gun huurder corporatie.jpg

2 december 2014 by Wouter Beekers (Directeur)

Vandaag bespreekt de Tweede Kamer het rapport van de parlementaire enquêtecommissie over woningcorporaties. Ze zijn 'ver van huis' geraakt, zegt ook Wouter Beekers in zijn opiniestuk dat vandaag in Trouw verschijnt. 'Maar pas op: wanneer corporaties hun hok niet meer uit mogen is de huurder de dupe.'

Woningcorporaties zijn 'ver van huis' geraakt. Het rapport van de parlementaire enquêtecommissie woningcorporaties, dat deze week wordt besproken in de Tweede Kamer, had geen treffender titel kunnen krijgen. De schandalen in corporatieland zijn en blijven verbijsterend. Het wangedrag wordt verpersoonlijkt door Erik Staal: de absolute topverdiener met een jaarsalaris van een half miljoen euro bracht met zijn speculaties de totale Nederlandse sociale woningbouw op de rand van de financiële afgrond. De schadepost bedroeg twee miljard, omgerekend zo'n duizend euro voor iedere huurder.

Tijd voor een veel steviger toezicht op de volkshuisvesting, voor serieuze invloed van gemeenten en bewoners, voor een strengere regulering van die topsalarissen, voor een scherpere afbakening van wat wel en niet mag. Minister van Wonen Stef Blok en de enquêtecommissie roepen om het hardst: 'woningcorporaties: terug naar de kerntaak!' Maar wat dreigt, is een rigide versmalling van de kerntaak, waar huurders uiteindelijk geen belang bij hebben. Integendeel.

Drempels
De komende dagen behandelt de Kamer niet alleen het rapport van de enquêtecommissie, maar ook een nieuwe Woningwet van Blok. De minister wil vastleggen dat corporaties alleen nog woningen bouwen en beheren, en dat voor de lagere inkomensgroepen. In jargon: zich richten op 'diensten van algemeen economisch belang'. Bouwen voor middeninkomens, investeren in maatschappelijke projecten en leefbaarheid zijn in principe uit de boze. Ze worden ontmoedigd met een rits mitsen en maren, voorwaarden en bureaucratie. De drempels zullen in de praktijk nauwelijks te slechten zijn.

Hier gaat een belangrijke historische wissel om. Bij de eerste Woningwet van 1901 kozen de opstellers - politieke geestverwanten van Blok - nadrukkelijk niet voor huisvesting van 'minvermogenden', maar voor een inzet op de 'volkshuisvesting'. Net als bij de volksgezondheid ging het om een algemeen belang. Met de leefbaarheid en sociale stabiliteit van stadswijken was iedereen gediend. Deze keuze heeft Nederland veel goeds gebracht. Wie wil weten hoe het anders kan, moet maar eens op bezoek gaan in de Parijse voorsteden.

De huurder dreigt nu de dupe te worden van een politiek wedstrijdje 'streng zijn voor de woningcorporaties'. In de eerste plaats: bewoners zoeken niet alleen een goede woning, maar ook een goede buurt. En corporaties kunnen daarin het verschil maken: van 'krachtwijk' tot krimpgebied. Zij weten de kleine buurtschool open te houden met goedkope huisvesting. Zij huisvesten liever een lokale kledingmaker dan een louche belwinkel, ook wanneer dat minder oplevert. 


Rekening bij de huurder

In de tweede plaats: de ogenschijnlijk strenge regelgeving dreigt vooral een geldverslindende bureaucratie op te leveren. Want ook Blok ziet dat corporaties meer moeten kunnen doen dan stenen stapelen. Maar de minister verwacht wel van hen dat ze hun maatschappelijke activiteiten onderbrengen in juridisch verzelfstandigde entiteiten. 

Reken maar dat daar een hoop advocaten en nieuwe toezichthouders voor nodig zijn. En de rekening van al dat werk komt als altijd uiteindelijk bij de huurder te liggen.

Het kan eenvoudiger, veel eenvoudiger. Zo presenteerde een groep hoogleraren uit Delft eind oktober het advies 'Wonen 6.0'. Een van de aanbevelingen: begrens de taken van de corporaties scherp, maar creëer een uitzondering voor bijvoorbeeld tien procent van de activiteiten. Zo laat je, zonder nieuwe bureaucratische rompslomp, ruimte voor belangrijk maatschappelijk werk en voorkom je tegelijkertijd grootschalig geknoei met gemeenschapsgeld. Laten we in onze participatiesamenleving af en toe nog een klein beetje durven loslaten in vertrouwen.

 

Dit opiniestuk werd op 2 december gepubliceerd in Trouw