Overheid moet eigen verantwoordelijkheid samenleving impuls geven
Overheid moet eigen verantwoordelijkheid samenleving impuls geven
1 juli 2004
In de bezuinigingsstrijd en de onderlinge concurrentie tussen CDA, ChristenUnie en SGP laten partijen kansen liggen. Volgens Cors Visser komen de partijen te weinig toe aan het invullen van een van hun belangrijkste speerpunten: het vorm geven aan de verantwoordelijkheden van de samenleving.
Wat het CDA en de ChristenUnie en in mindere mate de SGP bindt is dat ze in tegenstelling tot alle andere politieke partijen veel aandacht hebben voor de rol van het zogenaamde maatschappelijk middenveld. In voetbalverenigingen, (kerkelijke) jeugdclubs, vrouwenverenigingen, de scouting en vele andere organisaties nemen mensen verantwoordelijkheid voor elkaar; dat vormt het cement van de samenleving. Zonder dat cement staat een samenleving te wankelen en vallen er gemakkelijk bouwstenen uit.Anders en beter
Nu het CDA in het kabinet zit en er veel bezuinigd dient te worden, zou het een ideaal moment zijn om een impuls te geven aan het maatschappelijk middenveld en meer verantwoordelijkheden daar te leggen. Echter, onder de roep ”eigen verantwoordelijkheid” doen minister-president Balkenende en de zijnen weinig meer dan verantwoordelijkheden over de heg van de samenleving te gooien.In zijn publicatie ”Anders en beter” geeft Balkenende nog mooie en goede vergezichten hoe mensen gestimuleerd kunnen worden om bepaalde taken op zich te nemen. Eenmaal in functie lijkt Balkenende in de greep van de marktdenkers van de VVD te zijn en dat te willen camoufleren met de kreet ”eigen verantwoordelijkheid”.Terecht heeft de ChristenUnie dan ook forse kritiek geuit op de bezuinigingsplannen van het kabinet. Een taak van christenpolitici is op te komen voor die mensen die dat niet voor zichzelf kunnen.Rouvoet heeft daarbij meermalen aangegeven dat ook de ChristenUnie wil bezuinigen en meer verantwoordelijkheden bij de burgers en het maatschappelijk middenveld wil leggen. Echter, in haar strijd tegen de scherpe kanten van het kabinetsbeleid komt dat laatste te weinig aan bod.Duidelijkheid
De SGP had minder forse kritiek op het kabinetsbeleid, maar ook zij heeft nauwelijks werk gemaakt van de vraag hoe burgers en hoe verenigingen en clubs meer vrijheid en mogelijkheden kunnen krijgen om verantwoordelijkheid uit te dragen. Voor een gedeelte is dat onwil en onmacht.Vanuit haar theocratisch ideaal is het voor de partij niet mogelijk om het maatschappelijk middenveld veel vrijheid en verantwoordelijkheid toe te kennen. Immers, het toestaan of zelfs subsidiëren van bijvoorbeeld sportverengingen die op zondag activiteiten houden of islamitische clubjes, leidt binnen de partij tot onrust en onenigheid. De inconsistentie in deze zaken wordt telkens maar weggemoffeld met de dooddoener ”we worstelen ermee” - alsof worstelen een vrijbrief is om geen standpunt in te nemen.Het zou de SGP sieren als ze meer duidelijkheid geeft over welke rol en welke vrijheid het maatschappelijk middenveld in onze samenleving dient te hebben. Zelfs in een publicatie van het eigen studiecentrum van de partij -”Een vergeten tussenlaag”- wordt om deze duidelijkheid gevraagd.Sterk maken
In een tijd waarin iedereen de noodzaak van bezuinigingen ziet, zijn er volop kansen voor de christelijke politiek om het agendapunt van een vitaal maatschappelijk middenveld uit te werken. Het kabinet doet middels de bezuinigingen een beroep op de samenleving om verantwoordelijkheden op zich te nemen, maar bij dat beroep op die samenleving hoort ook een investering in de samenleving. Voor daadwerkelijke bezuinigingen op lange termijn is het nodig om op korte termijn te investeren, zodat de samenleving daadwerkelijk taken kan overnemen. Christelijke politiek dient zich sterk te maken voor die investeringen.Door sociale netwerken te stimuleren. Mensen moeten tijd en geld kunnen vrijmaken om zorg te dragen voor behoeftige familie of vrienden. De persoonsgebonden budgetten zijn daarin een goed middel. Maar andere middelen in het kader van zorgverlof, het anderhalfverdienersmodel en fiscale maatregelen zijn mogelijk.Mensen moeten niet alleen tijd en geld kúnnen vrijmaken, maar dat ook wíllen. Dit vraagt een cultuuromslag. Vanuit de overheid en de politiek moeten duidelijke signalen worden afgegeven dat mensen meer voor elkaar moeten opkomen en zorgen. Bewustwording is niet gemakkelijk te realiseren, maar wel essentieel.Behalve om wil, tijd en geld gaat het ook om begeleiding. Voor veel zorgtaken is het nodig enige begeleiding te hebben, bijvoorbeeld door professionele zorgorganisaties of belangenverenigingen van patiënten. In de overgangsfase van een uitgebreide verzorgingsstaat naar een zorgzame samenleving moet de overheid deze begeleiding ook financieel stimuleren.Al met al zijn er genoeg mogelijkheden voor christelijke politiek om meer werk te maken van een zorgzame samenleving. Het zou jammer zijn om die kansen te laten liggen.Door Cors Visser, werkzaam bij het wetenschappelijk instituut van de ChristenUnie
Gepubliceerd in het Reformatorisch Dagblad