Onrecht niet afkopen met budget ontwikkelings-samenwerking

Onrecht niet afkopen met budget ontwikkelings-samenwerking

Onrecht niet afkopen met budget ontwikkelings-samenwerking.jpg

11 januari 2003 by Cors Visser (directeur)

Onrecht afkopen met geld, dat is wat veel politici lijken te doen in verkiezingstijd. Cors Visser vindt dat de huidige discussies over ontwikkelingssamenwerking de armsten niet ten goede komen. In deze verkiezingstijd vliegen de percentages en euro’s ons om de oren. Moet er 0,7 of 0,8% van het Bruto Nationaal Product naar ontwikkelingssamenwerking. VVD wil stoer doen, echt bezuinigen en terug naar de 0,7 %. Voor Balkenende die het sociale gezicht van zijn partij nog enigszins hoog wil houden is dat absoluut onbespreekbaar. Niemand mag aan zijn 0,8% komen.

Natuurlijk is het mooi als er meer geld naar de armsten in de wereld gaat, ChristenUnie en SGP pleiten zelfs voor 1,0 %. Maar die discussie over het precieze percentage doet er niet zo veel toe. Belangrijker is om in te zetten op maatregelen die beter helpen. Want die zijn er genoeg. De politiek loopt elkaar veel te makkelijk de maat te nemen met hoeveel geld er naar Derde Wereldlanden moet. Armoede in Derde Wereldlanden is niet op te lossen met alleen maar geld geven, ook al gaat dat naar goede ontwikkelingsprojecten.

Handelsbelemmeringen

Er is veel meer aan de hand. Ontwikkelingssamenwerking, armoedebestrijding is een zaak van gerechtigheid. Was het maar zo simpel dat ‘zij’ alleen maar arm zijn en ‘wij’ alleen maar rijk. Het Westen is deels rijk geworden dankzij of scherper gezegd over de ruggen van mensen in het Zuiden. Maar het meest schrijnend is dat het Westen nog steeds geld verdient ten koste van de armste landen. Door Europese subsidies op producten, met name landbouwproducten, kunnen deze onder de wereldmarktprijs gedumpt worden in Derde Wereldlanden. Daardoor hebben de plaatselijke producenten nauwelijks afzetmogelijkheden. Door het dumpen van gesubsidieerde melkpoeder is bijvoorbeeld een groot deel van de melkveehouderij op Jamaica ten gronde gegaan. Maar niet alleen die exportsubsidies staan een eerlijke handel in de weg, ook is er sprake van importheffingen op enkele producten uit het Zuiden. Daardoor kunnen bijvoorbeeld bananen en textiel uit armere landen niet concurreren tegen de eigen productie. En wat te denken van de uiterst merkwaardige maatregel die soms wordt aangegaan met landen waar Nederland hulp aan geeft: zij moeten dan producten uit Nederland kopen of zijn verplicht hun producten naar Nederland te exporteren. Afschaffing van al die handelsbelemmeringen levert volgens het Landbouweconomisch Instituut jaarlijks 40 miljard dollar op voor de armste landen. Novib komt zelfs uit op 100 miljard dollar. Daar steekt de ongeveer 4 miljard dollar van de Nederlandse regering aan ontwikkelingssamenwerking schril bij af. Maar daar hoor je in verkiezingstijd maar weinig over.

Gerechtigheid kost wat

Gerechtigheid is soms ‘vervelend’, want het is vaak een dure oplossing. Ondanks het feit dat in de verkiezingsprogramma’s behartigenswaardige woorden staan over handelsbelemmeringen steunen CDA, LPF en VVD in de praktijk liever de Nederlandse economie of landbouw dan dat ze opkomen voor eerlijke kansen voor Derde Wereldlanden. En natuurlijk is het legitiem om op te komen voor het belang van het eigen land. Ook de ChristenUnie wil de Nederlandse economie stimuleren en pleit voor het instandhouden van het boerengezinsbedrijf. Maar niet als daardoor elementaire noties van gerechtigheid in het gedrang komen. Het blijft schrijnend dat Europese koeien per dag meer subsidie krijgen dan honderden miljoenen mensen op deze aarde aan loon verdienen. Als we aan die situatie wat willen doen, dan kost dat wat. Afbouwen van de subsidies heeft negatieve gevolgen voor onze economie en onze landbouw. Het toelaten van producten uit Derde Wereldlanden zonder importheffing doet onze concurrentiepositie op een aantal gebieden geen goed. Maar onrecht koop je niet af met 0,7 of 0,8% van ons BNP, hoe goed op zichzelf ook deze hulp is.

Leiderschap

We moeten af van de goedkope discussies over ontwikkelingssamenwerking. Politici moeten het goede voorbeeld geven, ook in verkiezingstijd. Zij moeten mensen duidelijk maken dat politiek niet alleen gaat om het – materiële – belang van de Nederlandse burger, maar dat politiek draait om het algemeen belang, gerechtigheid in de breedste zin van het woord. Politici moeten hun leiderschap tonen en onrecht aan de kaak stellen; niet het onrecht afkopen, maar de handelsbelemmeringen opruimen.

Door Cors Visser. Ir. Cors Visser is werkzaam bij het wetenschappelijk instituut van de ChristenUnie en mede-auteur van Gedeelde wereld, armoedebestrijding en christelijke politiek (2002)

Gepubliceerd in Reformatorisch Dagblad, 11-01-2003